Margaretha Hardenberg Cultuurcentrum
Jacobus Sibrandi Mancadan, ondernemer en kunstschilder

Jacobus Sibrandi Mancadan, ondernemer en kunstschilder

Uit het “Handschrift Siderius”, de familiekroniek, waarmee in 1653 een begin is gemaakt door Meynte Matthijs Iserman (de broer van Mancadans vrouw Elske) blijkt dat Jacobus Mancadan afkomstig is uit Minnertsga. Hij is daar geboren eind 1601 of begin 1602, als zoon van Sybrant Augustini en Neelcke Jacobs. Zijn vader was eerst glazenier, en daarna in de loop der jaren dorpsrechter, ontvanger, notaris en postulant voor het gerecht van Barradeel.

Na het overlijden van zijn vader mr Sybrant Augustini in 1626 wordt Jacobus Mancadan niet genoemd als kind en ook niet als erfgenaam. Aangenomen wordt, dat hij dan zijn erfdeel al heeft ontvangen en in het buitenland verblijft.

Op 8 juni 1634 huwt hij te Stiens met Elske Mathijs Iserman. Dit is de eerste keer dat hij voorkomt met de naam Mancadan. Vanaf 1637 gebruikt hij steeds deze achternaam. De naam komt alleen voor bij zijn nakomelingen, niet in de verdere familie.
Op 22 juni van hetzelfde jaar trouwde te St. Annaparochie Rembrandt van Rijn met zijn Saskia. Het is verleidelijk aan te nemen, dat beide echtparen bij elkaars huwelijk zijn geweest.

Op 30 december 1634 wordt Jacobus Sibrandi ingeschreven als burger van Franeker, en koopt daar in 1635 zijn eerste huis. Op dat moment wordt hij ” mr schilder ” genoemd. Van 1637 tot 1640 is hij één van de burgemeesters van Franeker. Hij is daar actief in de onroerendgoedsector, hij koopt en verkoopt huizen, die hij niet zelf bewoont.

In 1644 is hij mogelijk naar Leeuwarden verhuisd. In die tijd verlegt hij zijn activiteiten en beleggingen naar het veengebied in het oosten en zuidoosten van Friesland. Hij koopt in 1644 zijn eerste land, een boerderij in Bergum, groot circa 30 hectare. In 1664 laat hij het gedeelte vaart tussen het Koningsdiep en Siegerswoude graven, en een weg erlangs samen met anderen aanleggen.

Hij woont in 1669 waarschijnlijk te Siegerswoude en trekt na het overlijden van zijn vrouw naar Beetsterzwaag. Zijn vrouw wordt eerst begraven te Beetsterzwaag, later overgebracht naar Oosterwierum, en in 1680 wordt haar stoffelijk overschot overgebracht naar Leeuwarden, om aldaar op het Oldehoofsterkerkhof naast haar man te worden herbegraven. Haar man is op 4 oktober 1680 overleden in Tjerkgaast.

Grafsteen in het Fries Museum, afkomstig van het Oldehoofsterkerkhof:

“Anno 1680 den 4de October is in den Heere gerust den eersamen konstrijken Iacobus Mancadan in leven old borgemeester der steede Franequer oudt 78 iaeren en leit alhier begraven”, met naast wapens van beide echtgenoten de tekst: “Anno 1669 den 3en Desember sterf d: eerbare en de(ugdrij ?)ke Elske Matys Siderius … En echte huysvrouwe van Mons. Iacobus Mancadan out int 60ste iaer en leit hier begraven”.

Het gegeven, dat Jacobus Mancadan niet genoemd wordt na het overlijden van zijn vader, suggereert, dat hij dan in het buitenland verblijft. Er zijn aanwijzingen, dat hij in Italië is geweest gezien zijn vele zogenaamde italianiserende landschappen. In zijn inventaris komen naast Franse en Latijnse ook veel Italiaanse boeken voor. Naast Italiaanse landschappen schilderde hij ook landschappen, die geïnspireerd lijken op Scandinavië.

Zijn schilderijen werden met een vlotte toets en warme en bruine tinten geschilderd. Er zijn van hem vier Nederlandse landschappen bekend, welke hem tot een uitzonderlijk schilder in Noord Nederland maakt. Door kenners herkent als typisch voor het zuid- oosten van Friesland, en wel de streken van Bakkeveen en Siegerswoude. Twee schilderijen zijn in het Fries Museum aanwezig. Het derde schilderij stelt de door Mancadan gedeeltelijk zelf bekostigde pas aangelegde weg bij Siegerswoude voor.

Het vierde schilderij is volgens dr Heppner te dateren rond 1647 en kent “een ononderbroken traditie van bezitters”. Het is in 1894 geschonken aan het Groninger Museum door mr H.O. Feith jr., een nazaat van Adriaan Geerts Wildervanck.

Het stelt de heer Adriaan Geerts Wildervanck voor, te midden van veenderijen, welke door kenners dus als typisch voor de Friese Zuidoosthoek worden gekenmerkt.
Het gegeven, dat Adriaan Geerts Wildervanck op de voorgrond erbij is geschilderd, komen we in vroegere tijden meer tegen. Denk bijvoorbeeld aan de schepen uit de Veenkoloniën, die met achtergronden van elders werden vastgelegd. Het is een groot schilderij van 205 x 154 cm.

De verdiensten van het schilderen en het beleggen in onroerende goederen lijken elkaar bij Mancadan over en weer te hebben gestimuleerd.

Bron: Joop Woudstra, oud bestuurslid van het Koninklijk Fries Genootschap, in Fryslân JG 11 (2005).
Artikel en digitale afbeeldingen schilderij verkregen dankzij de medewerking van de heren Egge Knol en
Marten de Leeuw van het Groninger Museum.