Margaretha Hardenberg Cultuurcentrum
Begraven buiten de Kerk

Begraven buiten de Kerk

Begraven buiten de kerk

Rondom de kerk is een (kerk)hof aangelegd omsloten door een gracht. Bij de toegang tot het kerkhof werd, zoals toen gebruikelijk was , een rooster geplaatst. Naast het belemmeren van de toegang voor loslopend vee diende dit rooster er ook voor om de duivel met zijn bokkenpoten buiten het kerkhof te houden.

Als afscherming van de buitenwereld werd er binnen de gracht een beukenhaag rondom geplant , met mooie eikenbomen. Zowel aan de kant van het Oosterdiep als aan de kant van het Westerdiep bevinden zich prachtige gietijzeren toegangspoorten, gemaakt in de 19e eeuw.

Om precies te achterhalen wie de eersten waren die op het kerkhof begraven werden en waar dat was, moet via verder onderzoek nog duidelijk gemaakt worden. De eerste aantekeningen zijn te vinden in een eenvoudig schoolschrift uit 1822.

Het oudste nog bestaande graf is een grafzerk met familiewapen van de voormalig burgemeester van Wildervank , Tjaarda de Cock (geb.7-5-1767 overleden 23-2-1843) en zijn vrouw Jantje Hendriks de Boer(geb.4-5-1771 overleden 1-11-1834).
Hun zoon, Hendrik de Cock, begon op 7 November1834 met “De Afscheiding” van de Nederlands Hervormde Kerk (het ontstaan van de Gereformeerde kerk) [Bron]

De avond na de begrafenis van zijn moeder in 1834, preekte Hendrik de Cock in de schuur van de boerderij van Jan Jacobs Boer, t.o. het doktershuis in Wildervank. Hiervoor kreeg hij, op last van zijn vader de burgemeester, een boete van 25 gulden.

De grafzerk van vader en moeder de Cock ligt aan de noordkant van de kerk en vanuit deze positie heeft men uitzicht op de Margaretha Hardenbergkerk en op de Gereformeerde kerk en het oude Gemeentehuis van Wildervank. Het is derhalve een grafpositie van waaruit vader de Cock uitzicht heeft op de bouwwerken waarmee hij in zijn leven mee te maken heeft gehad, namelijk het geloof van zichzelf en zijn zoon en de wet.

Op dit kerkhof werden tot 1896 alle Wildervanksters van alle denominaties begraven. Daarna werd in Veendam de Rooms Katholieke begraafplaats aangelegd. De Joodse inwoners van Wildervank werden op No 1 in de Ommelanderwijk begraven waar in 1741 de Joodse begraafplaats is gesticht met daarbij een metaheerhuisje .

Op het kerkhof is aan de graven te zien dat Wildervank een rijk en divers verleden heeft gehad. Naast de vele monumentale graven van geestelijken, bestuurders ,ondernemers, burgers en landbouwers ,vindt men er ook veel graven van zeevarenden. Dit laatste als reflectie van het belangrijke maritiem verleden van Wildervank. Daarnaast vindt men zeer verschillende grafmonumenten, zoals mooi bewerkte marmeren zerken, piramides, obelisken, afgebroken zuilen en classicistische vormen en stèles met typische Groningse afdakjes van Belgisch hardsteen met daarin soms mooie fossielen zoals schelpen en honingraatkoraal. Meestal werden de grafmonumenten en het graf omringt door een gietijzeren hek waarbinnen grint werd gestort. Grint werd gebruikt om de geest te waarschuwen als de duivel toch op het kerkhof was binnengeslopen en over het hek was geklommen. Wat men vroeger voor de reformatie (circa. 1560) geloofde.

Doch in de “Gouden Eeuw”wat daarna volgde, met wetenschap en welvarendheid en ook veel armoede, ontstaat er ook grafroof voor goud en zilver maar ook voor complete lichamen. In Nederland en Engeland was de geneeskunde de grootste oorzaak van het stelen van lichamen om te gebruiken voor anatomische studie. Men (die het konden betalen) beschermde hun overleden familieleden door stenen op het graf te leggen en hekken er omheen te zetten. Rond 1810 was een hek met grint op het graf ook een ´mode´ en misschien nog een overblijvende gedachtenis uit de vrees die men had in de “Gouden Eeuw.

Daarnaast zijn er op het kerkhof ook gemoderniseerde en moderne graven te vinden. Echter alle grafmonumenten zijn vrijwel allemaal funerair erfgoed en behoren bij de Margaretha Hardenberg kerk, rijksmonumenten.

Besmettelijke ziekten

Gedurende de tijd dat het kerkhof in gebruik is geweest zijn er vaak besmettelijk ziekten geweest. Een voorbeeld hiervan is de cholera epidemie in de jaren 60 van de 19e eeuw. In 1868 zijn hierdoor 6 kinderen van de vroegere burgemeester Meihuizen overleden. Daarnaast zijn er grafstenen waar achterop staat vermeld dat de graven niet opengemaakt mogen worden.

In 1872 kwam hierdoor een aanpassing van de wet op de lijkbezorging die voorschreef dat men voortaan buiten de bewoning een begraafplaats aan moest leggen. Daarop moest ook een lijkenhuisje gebouwd zijn waarin de overledenen opgebaard konden worden. Dit om verdere besmettingen te voorkomen. [Bron]

Het is niet bekend hoe deze wetsaanpassing bij de Hervormde kerk in Wildervank is doorgevoerd aangezien er geen lijkenhuisje op het kerkhof was te vinden. Wel was er naast het gemeentehuis van Wildervank de pastorie waarnaast een gebouwtje genaamd “Ons gebouw” stond waarin een ruimte was waar de overledenen opgebaard konden worden. Het is echter niet bekend of het gebouwtje in 1872 daar al aanwezig was.

In 1868 verloor oud burgemeester Meihuizen 6 kinderen aan cholera.

Rond 1918 brak er weer een besmettelijke ziekte, de Spaanse griep uit. Volgens de overlevering luidden de klokken dagen achter elkaar omdat er zeer velen stierven . Het ruimtegebrek op het kerkhof werd hierdoor zo groot dat er besloten werd om van landbouwer de Beer een stuk land aan te kopen dat zou dienen als begraafplaats. Dit is de huidige Algemene Begraafplaats aan de Dalweg 36 te Wildervank. Hierop is een bijzonder groot lijkenhuis gebouwd waarin de besmettelijke overledenen opgebaard konden worden. Daarin was ook een wachtkamer aanwezig aangezien de begraafplaats ver van Wildervank af ligt.

Onderhoud kerkhof

Graven konden voor een bepaalde tijd worden gehuurd waarvoor men huurpenningen betaalde. Daarnaast konden families bij de kerkvoogd op voorhand een plek of meerdere plekken op het kerkhof kopen. Uit vroegere krantenadvertenties blijkt dat deze grafrechten ook wel eens publiekelijk doorverkocht konden worden. Maar aan deze rechten zijn ook plichten verbonden voor de nabestaanden. Het is namelijk de taak van de familie om een graf te onderhouden. Bij nalatigheid hiervan of bij verval van het graf mag de eigenaar van het kerkhof/begraafplaats de steen weghalen nadat dit publiekelijk is bekendgemaakt.

copie maken van advertenties uit de Nieuwe Veendammer Courant 1 Oktober 1907 en van advertentie uit De Noord Ooster 9 Augustus 1927

Verder blijkt uit krantenadvertenties dat er zich wel mensen aanboden om de graven te onderhouden.

Nieuwe Veendammer Courant 1 oktober 1907 bericht kerkvoogden NHV kerk
Nieuwe Veendammer Courant 1 oktober 1907 bericht kerkvoogden NHV kerk
De Noord Ooster 9 aug 1927 bericht kerkvoogden NHV kerk

Verder blijkt uit krantenadvertenties dat er zich wel mensen aanboden om de graven te onderhouden.

De Noord Ooster 25 april 1931 Bekkering onderhoud kerkhof
De Noord Ooster 25 april 1931 Bekkering onderhoud kerkhof
De Noord Ooster 15 juli 1933 B Forsten onderhoud kerkhof
De Noord Ooster 15 juli 1933 B Forsten onderhoud kerkhof

In het verleden is de Nederlands Hervormde Kerk door de Gemeente Wildervank en door de Provincie Groningen ( zelfs in de oorlog in 1942) er op gewezen dat het kerkhof er zeer onverzorgd uitzag en opgeknapt moest worden. In 1953 is op 3 November 1953 door de Gemeente Wildervank bepaald en besloten om het kerkhof te sluiten want er vonden geen begrafenissen meer plaats. Op 17 Juni 1957 is het kerkhof met gracht in erfpacht over gegaan naar de Gemeente Wildervank.

De Nederlands Hervormde Kerk kreeg de opdracht om het kerkhof op te ruimen. Hierbij zijn toen zeer veel hekken afgezaagd en grafzerken verwijderd die niet goed onderhouden waren. In 1967 besloot Gemeentewerken ook weer een aantal monumenten te ruimen.

Zo zijn er dus zeer veel grafmonumenten verdwenen en uit overlevering is gebleken dat daar zeer fraaie monumenten bij waren geweest Of dit altijd zo rigoureus had moeten zijn?

Helaas blijkt dat er in de loop der tijd door nabestaanden niet veel aan het onderhoud van de familiegraven is gedaan. Vaak hebben families Wildervank al lang geleden verlaten of waren er geen nazaten. Daarnaast moest het bestaan van een graf van een voorouder natuurlijk doorgegeven worden aan het nageslacht, internet en websites over graven hebben wat betreft het laatste wel verbetering gebracht aangezien nabestaanden eenvoudiger dan vroeger informatie over de aanwezigheid van een grafzerk kunnen achterhalen. Tot voor kort was dit echter voor het kerkhof van Wildervank niet mogelijk en was het zoeken naar de aanwezigheid van een grafzerk erg moeilijk.

Veranderingen en bewustwording in deze eeuw.

Op 31 December 2006 is de laatste dienst in de Nederlands Hervormde Kerk gehouden en is men toen naar de Gereformeerde kerk, ook wel “Grote Kerk” genoemd, gegaan. In 2010 is de Gereformeerde Kerk en de Hervormde Kerk de PKN kerk geworden.

Op 16 Juni 2007 zijn de Hervormde Kerk en ook het kerkhof (beide rijksmonumenten) overgegaan naar Stichting Wildervanck Wildervank, waarna de kerk het “Margaretha Hardenberg Cultuurcentrum” werd genoemd. Ook in 2007 lag het kerkhof er slecht bij. De Stichting Wildervanck Wildervank is met hulp van de Rotary en uit eigen gelederen begonnen om het kerkhof op te knappen. Maar het viel tegen om dit voor alle 433 graven te doen.

In 2009 zijn een paar mensen begonnen om voor de Stichting de 6 grafzerken van de kinderen van de familie Meihuizen ( gestorven aan de cholera in 1868) op te knappen en te letteren. Daarna zijn deze mensen hiermee doorgegaan omdat het hen aan het hart ging dat nog meer funerair erfgoed verloren zou gaan van de rijke historie van Wildervank. Zij werden hierbij geholpen door de leerlingen van groep 8 van de Westerschool, die dit als project voor geschiedenis van de streek hadden.

Het bestuur van de Stichting Wildervanck Wildervank heeft subsidie aangevraagd bij Landschap Beheer Groningen voor Kerken in het Groen en waarbij op 24 April 2012, in het Cultuurcentrum een lezing van Reint Wobbes over kerkhoven in Groningen is gegeven. Daarbij is ook een vrijwilligersgroep gevormd . De Stichting Wildervanck Wildervank heeft de aangevraagde subsidie gekregen. Waarna Landschap Beheer Groningen in ruil voor de gewerkte uren van de vrijwilligers de moeilijkste en gevaarlijkste grafmonumenten weer heeft hersteld.

De voormalig secretaris in het bestuur van de Stichting Wildervanck Wildervank, heeft een boek gemaakt met een codering voor alle bestaande grafmonumenten. Hierbij heeft hij ook alle namen , beroepen en afstammingen weergegeven. Dit boek is zeer waardevol gebleken indien er een nabestaande wil weten waar het grafmonument te vinden is waarnaar hij op zoek is.

Het schoonmaken en letteren van de 433 nog bestaande grafmonumenten wordt nog steeds door de vrijwilligers van de werkgroep uitgevoerd. De meeste graven zijn nu in ieder geval weer leesbaar. Deze vrijwilligers worden sinds 2013 bijgestaan door stagiaires van de scholengemeenschap Winkler Prins uit Veendam. Met dit werk op het kerkhof kunnen de leerlingen hun Maatschappelijke Stage vervullen. Een compliment is op zijn plaats voor al deze leerlingen van de Maatschappelijke stage want zij hebben met hun betrokkenheid bijgedragen aan het behoud van cultuur en funerair erfgoed in Wildervank. Daarnaast krijgen ze een inkijkje in de geschiedenis van de streek waar ze wonen.

Bezoek van nabestaanden

Dat de Wildervanksters het pioniersbloed van de vervening nog in de aderen hebben blijkt onder meer uit bezoeken wonende en soms in het buitenland woonachtige nabestaanden aan het kerkhof in Wildervank.

Soms hebben deze nabestaanden geluk en is de gezochte grafsteen nog aanwezig. Soms is dit niet (meer) het geval ook al weet de nabestaande zeker dat zijn voorouders op het kerkhof van Wildervank begraven zijn door gedegen onderzoek of toevalligheden.

Een afstammeling van een Wildervankster schippersechtpaar had in een oude familiebijbel een briefje en gedroogde bloemen aangetroffen die begin 20e eeuw geplukt waren bij hun graf in Wildervank. Bij een bezoek aan Wildervank was er helaas geen grafmonument meer te vinden op het kerkhof. Toch kwam bij het herlezen van het in 1979 geschreven boek over de Veenkoloniale zeevaart door Harm van der Veen, Jan Nico Wilkens en Wilco van Koldam de graftekst die ooit op de grafsteen van de schippersvrouw heeft gestaan weer naar boven:

Een kwart eeuw altijd vol moed voer zij met mij op zee

In storm of groot gevaar deelde zij vrouw en moederzorg nog mee

Ons samenzijn was groot genot toch scheiden al zoo hard

Getuige deze steen bij ’t graf gevoelen wij de smart

Vaar vrouw, gij moeder vrij de doodenzee maar door naar ginsch, tot hogerhand

Is uwer reispas vol van liefde en houd u daar ook vrij van schipbreuk en van strand

Zo luidt het grafschrift van Trijntje F. Holman echtgenote van Harm Boukes Kolk, die op 18 Mei 1875 overleed. Haar graf ligt op het kerkhof te Wildervank, helaas is de grafsteen anno 2023 niet meer aanwezig.

Auteurs: Fenna Pomp en Lukas Boerhave
16-05-2023